Mijn eerste dagen bij JIDOKA

De 30e september zal altijd herinnerd worden als het begin van dit verhaal. Mijn eerste dag van mijn stage bij JIDOKA werd een feit. De eerste indrukken waren al goed, met een vriendelijk onthaal en een stapel goodies was ik klaar voor een goede start. Ik kreeg een snelle kennismaking met mijn mentor, Jan Eerdekens. Jan zal me begeleiden en me tijdens mijn stage algemeen advies en hulp aanbieden. Met andere woorden, hij zal optreden als de Obi-Wan Kenobi in dit avontuur terwijl ik als Luke Skywalker mijn best zal doen om een DevOps Jedi te worden.

Kubernetes

Het belangrijkste doel van deze stage is een systeem configureren dat automatisch succesvolle Docker images uit een opslagruimte neemt en deze op een Kubernetes-cloud inzet. Voor veel lezers klinkt dit misschien als gebrabbel, maar ik zal mijn best doen om het uit te leggen.

Kubernetes

In principe creƫert JIDOKA vele toepassingen en projecten voor hun klanten. Deze applicaties gaan allemaal door een geautomatiseerd systeem waar ze worden gebouwd en blootgesteld aan een verscheidenheid van tests om ervoor te zorgen dat ze niet worden afgebroken voordat ze worden opgeslagen in een opslagruimte. Dit hele proces wordt een pipeline genoemd.

Mijn taak zal zijn om een systeem te configureren dat Docker images neemt en ze op de cloud zet waar ze zullen werken en beheerd worden door een specifiek stuk software, genaamd Kubernetes. Kubernetes is een open-source systeem voor het automatiseren van de deployment, de schaalbaarheid en het beheer van containerapplicaties.

Voordat ik met deze taak kan beginnen, moet ik eerst kennismaken met de pipelines die reeds aanwezig zijn, aangezien het mijn taak zal zijn om deze uit te breiden. Jan maakte van de gelegenheid gebruik om mij een rondleiding te geven door de aanleg van de pipelines. Terwijl hij de werkwijze van de installatie uitlegde, probeerde ik zoveel mogelijk van zijn uitleg te begrijpen. Mijn eerste indruk was dat dit er net zo ingewikkeld uitzag als de bouw van de Eiffeltoren. Met al deze overweldigende informatie begon ik mijn weg te zoeken in de opstelling. Langzaam maar zeker begon ik de innerlijke werking van dit monster te begrijpen. Aan het eind van de dag lukte het me om het beginstuk van de applicatie op mijn laptop te laten werken. Dit betekent dat ik de komende dagen kan beginnen met het implementeren van de software op mijn Kubernetes-Cluster.

Met elke dag die voorbij gaat, lukt het me om telkens een stukje van de applicatie te implementeren op de Kubernetes-Cluster van mijn laptop. Aan het einde van de week had ik een Spring boot-applicatie aangesloten op een Postgres-database die zonder problemen op mijn Kubernetes Cluster draaide. Ik had ook de eerste stappen gezet om een Elasticsearch service op de cluster te zetten. Deze dienst zal zorgen voor het verzamelen van alle logs die mijn Kubernetes pods genereren. Om het simpel te zeggen, heb ik een werkend stuk van de applicatie in een Kubernetes-cluster kunnen plaatsen. Wat een eng begin van de week leek, eindigde met tenminste enige vooruitgang in dit hele project. 

Voor het begin van het weekend wilden mijn twee mentoren een snelle blik werpen op mijn prestaties tot nu toe. Ben ik vergeten te vermelden dat ik twee mentoren heb? Mijn tweede mentor is Bjorn Monnens. Bjorn is de CTO van het bedrijf en heeft net als Jan veel kennis van alles wat met DevOps en Cloud oplossingen te maken heeft. Hij zal in dit verhaal optreden als Yoda. Nadat ik alles heb uitgelegd wat ik aan mijn Kubernetes-cluster heb laten werken, heb ik van Jan en Bjorn verdere tips gekregen om het systeem en mijn manier van werken te verbeteren.

Over het algemeen denk ik dat ik een goed begin heb gemaakt met dit project. Met de richtlijnen die ik kreeg was ik gewapend om de volgende weken te starten.